De bodem van de kas werkt hard. Tussen mei en juni schieten de tomaten en komkommerplanten razendsnel de grond uit. Dat gaat zo snel, dat ik ze bijna kan zien groeien. In juli, augustus en september brengen die planten een constante stroom vruchten voort. Dat is veel biomassa van een klein stukje bodem. De rotatie is eenzijdig. Tomaat, komkommer, een keertje peper, paprika of aubergine en dan weer tomaat. Dat heb je in een kas al snel.
Door een eenzijdig teelplan, met in ons geval veel planten uit de nachtschade familie, kunnen er ziekten in de bodem onstaan. Bij tomaten is dit bijvoorbeeld kurkwortel (Pyrenochaeta lycopersici). De wortel van een gezonde tomatenplant is egaal wit of ivoorkleurig. Aangetaste wortels hebben bruine vlekken en zien er verdroogd en gespleten, kurkig, uit. Tomaten die last hebben van kurkwortel zien er wat vermoeid uit en geven minder opbrengt. Als ik de tomaten in oktober opruim controleer ik altijd even de wortels op tekenen van kurkwortel.
Alle reden dus om het bodemleven in de kas extra aandacht te geven. Daar begint alles mee: gezonde groei en bodemvruchtbaarheid. Het hangt allemaal samen met een levende bodem. Er zitten miljarden micro-organismen in de bodem. Geeft je het bodemleven een eenzijdig dieet, dan gaan schadelijke soorten overheersen en krijg je problemen.
In het verleden heb ik de grond in de kas hierom wel eens twee steek diep vervangen. Een flinke klus en ik geloof niet dat het iets geholpen heeft. Het getuigt ook van een soort wegwerpmentaliteit. Je gebruikt de bodem een aantal jaar en als het resultaat je niet meer aanstaat haal je nieuwe.
Hoe krijgen we minder eenzijdigheid in de kas en een gezonde bodem? In de zomer staan er tussen de tomaten wat basilicum en goudsbloem. Die doen het daar prima. Ook afrikaantjes zijn een bekende buur in de kas om problemen te voorkomen. Dit jaar heb ik na de tomaten een mengsel van klaversoorten, mosterd, phacelia, borage, wikke, haver en rogge in de kas gezaaid. Deze groenbesters in de winter helpen hopelijk ook om de eenzijdigheid te doorbreken.
Mulchen! In de zomer wordt het heet in de kas. Een onbedekte bodem in de kas droogt dan razendsnel uit. Het bodemleven trekt zich terug. Een mulchlaag van bijvoorbeeld gemaaid gras houdt het vocht vast in de bodem, reguleert de temperatuur en voedt het bodemleven.
Niet spitten. Spitten verstoort het bodemleven. Hoe minder verstoring in de bodem, hoe beter de structuur. De bodem voed je van boven af. Het is niet nodig om mest of compost in de bodem in te werken. De natuur doet dit zelf voor je. Vooral wormen kunnen een enorme hoeveelheid origanisch materiaal de bodem in trekken. Ze zorgen bovendien voor een netwerk van minuscuele gangetjes, waardoor lucht en water de bodem in kunnen trekken. Deze gangetjes geven plantenwortels de ruimte om te groeien. Een gezonde, niet gespitte bodem heeft een sponsachtige structuur. Een gespitte bodem slaat dicht.
In het najaar laat ik een paar keer de regentonnen leeglopen in de kas. In de zomer kom ik regenwater tekort. In het najaar heb ik een overvloed. Waarom geen water geven als het regent? Na de zomer kan de kas wel een slok water gebruiken. Een stortbui van 1000 liter op tien vierkante meter. In een paar minuten is het water weggetrokken in de kleibodem. Dit vermogen om water te laten infiltreren zegt iets over de kwaliteit van de bodem. Vijf jaar geleden had ik met die 1000 liter een overdekt zwembadje in de kas gemaakt. Nu hoor ik het overal borrelen en klokken. Luchtbelletjes die ontsnappen uit die sponsstructuur. De bodem had dorst.
Als het groen kniehoog in de kas staat mogen de kippen er in. Die lusten wel wat groen in de winter.