Compostzeef

Technisch detail

Eén van de televisiehoogtepunten van mij jeugd was de Amerikaanse serie The A-team. Deze werd in september 1983 voor het eerst uitgezonden en ging over een viertal ex-soldaten die, opgejaagd door het gezag, te pas en te onpast op commerciële basis onrecht bestreden.

Iedere aflevering verliep volgens een vast stramien. De helden voorzagen zichzelf vlak voor het grote slotgevecht al lassend, slijpend en sleutelend van geïmproviseerd wapentuig, boobytraps en pantservoertuigen. Dankzij deze wonderwapens wist het viertal steevast de schurken te overmeesteren. De bouw- en sleutelscene was het hoogtepunt van iedere aflevering. Iedere week zat ik weer vol spanning te wachten wat er nu weer zou worden omgebouwd. Een enkele keer ontbrak de knutselscene in het script. Dan voelde ik behoorlijk belazerd.

Recycling

The A-team heeft zijn sporen achtergelaten. Ik mag graag wat aanklooien met oude spullen, die toevallig in en om het huis zwerven en ze van een nieuw leven voorzien. Je kan dat re-, up- of downcycling noemen. Ik noem het liever een beetje A-teamen.

Om fatsoenlijk te kunnen A-teamen moet je beschikken over een ruime hoeveelheid herbruikbare zooi. Dingen aanschaffen om mee te improviseren druist in tegen het hele idee van improviseren. Dat kan dus niet. Ieder niet te zwaar ontspuld gezin heeft een overschot aan herbruikbare onnutte zooi en heb je het zelf niet, dan ligt het wel letterlijk voor het oprapen op straat.

Compost trommelzeef

Compostzeef

Enkele blogs terug schreef ik over potgrond en gezeefde compost als alternatief. Nu kan het zeven van de compost best een flinke klus zijn, als je daar een simpele grondzeef voor gebruikt. Met een trommelzeef werkt dat een stuk eenvoudiger. Op youtube kwam ik een hoop ingenieuze machines tegen. Ik besloot een compost-trommelzeef te bouwen op basis van de velgen van twee fietswielen, de aluminium profielen van een oude wasmolen, een stuk overgebleven gaas, vier gerecyclede zwenkwieltjes,  een paar houten regels en wat schroefjes, moertjes en tyrips. Alle materialen voor het prototype zwierven nog in en om het huis.

Het ontwerp is simpel. Ontdoe twee velgen van hun spaken en gebruik deze als basis voor een gaastrommel. Dit is de basis voor de zeef. Dunnere gaas soorten, zoals het 0,5 cm volieregaas dat ik nog had liggen, hebben een vorm van versteviging nodig. Daar kwamen de geperforeerde aluminium profielen van de oude wasmolen goed van pas. Deze hebben als bijkomend voordeel dat ze het materiaal in de trommel extra opschudden en een eindje meenemen.

Zoek vier wieltjes bij elkaar die qua breedte precies in de velg passen. Ik had er twee die precies pasten en twee die ik een paar milimeter smaller moest maken om goed in de velg te vallen. Monteer deze vier wieltjes op een raamwerk van houten regels en wel zo, dat de velgen van de trommel vrij op twee wieltjes rond kunnen draaien. De trommel hoeft niet exact waterpas op deze wieltjes te staan. Een lichte helling in de as van de trommel helpt om grovere stukken draaienderwijs de trommel uit te werken.

Plaats de installatie op een kruiwagen, met aan weerszijden van de trommelopening een opvangbak voor het grovere materiaal. Laad per keer een beperkte hoeveelheid ruwe compost in de trommel. Een paar keer draaien en het gros van het fijne materiaal ligt in de kruiwagen, tegen een fractie van de tijd en de spierkracht die een normale handzeef vraagt.

Benodigd gereedschap: een nijptang, boormachine, boortjes en bitjes, schroevendraaier, sleutelsetje. Niets bijzonders dus. Tijdsinvestering: een halve zondagmiddag voor een ervaren knutselaar.

Natuurlijk valt er nog een hoop aan het ding te verbeteren. De trommel is nog vrij kort. Meer gaas had ik niet voor handen. Dat heeft als voordeel dat de trommel precies boven mijn kruiwagen past. Het nadeel is, dat een deel van het materiaal vrij snel de via de zijkanten van de trommel het proces verlaat. Een iets langere trommel geeft, vermoed ik, een efficiënter zeefproces. Maar alles bij elkaar dik tevreden.

“I love it, when a plan comes together.”

 

 

 

 

Ui

Ui is typisch zo’n groente die zelden in de hoofdrol staat. Uien horen ergens bij, in of door, maar krijgen zelden het podium als hoofdrolspeler. Of het moet al in de uiensoep zijn.

Deze eeuwige bijrol in de keuken komt niet door een gebrek aan smaak. Eerder het tegendeel. Een ui smaakt zo erg naar zichzelf, dat we hem misschien daarom liever tegenover iets anders zetten. Als tegenhanger of om juist het gebrek aan smaak te verbloemen. Hoe maak je van een ordinaire frikandel een speciale frikandel? Door er een uitje naast te serveren.

Uien telen

In de tuin is het uientijd. De lenteuitjes die we in het vroege voorjaar in plukjes hebben voorgezaaid en uitgeplant zijn klaar. De bewaaruien, die als plantuitjes in februari de grond in zijn gegaan, laten her en der het loof slap hangen. Een teken dat ze geoogst kunnen worden. Niet allemaal overigens. Er is één bak die dapper vol blijft houden dat er nog genoeg tijd is om door te groeien. Een enkeling besluit te gaan bloeien. Die gaat zijn gang maar. Bloeiende uien zijn best imposant en misstaan in geen enkele tuin.

Lenteui… op zoek naar een hoofdrol

In de moestuin doen de uien meestal niet al te ingewikkeld. Een paar rijtjes lente uitjes ter plekke uitzaaien was meestal voldoende. Dit jaar heb ik een nieuwe methode uitgeprobeerd voor de lenteuitjes: voorzaaien in potjes in de kas en dan in plukjes van vijf a zes uitpoten. Werkt prima; beter nog dan een rijtje ter plekke. voor de bewaaruien gebruik ik pootuitjes. Dit jaar heb ik ze tussen de wintergroenlof  gezet. Deze gaat in het najaar in de grond en schiet in het vroege voorjaar in de krop. Tegen de tijd dat de laatste krop geoogst is, steken de plantuitjes net hun kopjes boven de grond. De wortelpennen van de groenlof heb ik laten zitten. Soms geven ze nog een nieuwe krop voordat ze in het zaad schieten. Nu staat de groenlof blauwpaars te bloeien tussen de uien en hebben ze het samen prima naar hun zin.

Ui en bloeiende groenlof

Recepten?

Toch blijft het knagen. Hoe zetten we de ui nu eens op een hoofdpodium? Ik weet het nog niet. Als je van ui houdt knaagt een rauw stengeltje lenteui prima weg; maar een bord vol  zou ik niet snel serveren. Ergens doorheen kan natuurlijk altijd, bijvoorbeeld een verse pasta met knoflook, olijfolie en een berg flinterdun gesneden lenteuitjes. Maar dan is het weer de pasta die de credits krijgt. Frituren in een heel licht beslagje? Misschien een optie. Confijten in kippenfond? Dan draait het weer om de kip. Ik weet het nog niet. Suggesties? Graag!