Ze zijn er weer! De tomaten. En met de tomaten begint de lekkerste tijd van het jaar. Tomaten, aardappels, komkommers, boontjes, biersla, bosuitjes, courgettes, bramen en bessen, alles vers uit de tuin en allemaal zu haben.
Verlangen en vreemdgaan
Er zijn mensen die het hele jaar door verlangen naar de Kerstdagen. Ik niet. Ik wacht negen maanden met smart op de dag dat de eerste tomaten in de kas rijp zijn. Drie maanden lang is het dan feest. Tot eind oktober de zon niet meer boven het dak van de buren komt en de schaduw over de kas valt. In de tussentijd hebben we met zijn vieren tientallen kilo’s van de lekkerste volle grond tomaten weggewerkt. De meeste eten we vers, een deel geven we weg en een deel maken we in als pastasaus of in het zuur. Tomaten heb je nooit genoeg.
Totdat ze op zijn en het wachten weer begint. Over de winter en in het voorjaar eten we vrijwel geen verse tomaten. In de loop van juni koop ik af en toe een kilootje biologische tomaten op de markt. Die smaken prima, maar het voelt toch als vreemdgaan.
Dat is ook wel begrijpelijk. Tomatenplanten vragen veel aandacht. Voor je kan plukken ben je al snel vier maanden vrijwel dagelijks met de plantjes in de weer. Dat schept een band, die niet te vergelijken is met de vijf minuten die je nodig hebt om je tomaten in de supermarkt af te wegen en weg te bliepen met de zelfscanner.
Carpaccio van tomaat
De beste manier om te genieten van een top tomaat is door er een carpaccio van te maken. Snijd ultradunne plakje van een stevige doch goed rijpe vleestomaat en beleg daarmee een sierlijk bordje. Maak een lichte dressing van een beetje limoensap, een goede olijfolie en een snufje zout en sprenkel dit over de tomaat. Afmaken met grof gemalen zwarte peper en wat vers geraspte oude rauwmelkse kaas. Garneren met verse basilicum en eetbare bloemen (bijvoorbeeld borage, Oost-Indische kers of goudsbloem). Opdienen met veel theater en een niet te lichte witte wijn.